Transportbedrijf Samskip heeft toegezegd te stoppen met het vervoeren van walvisvlees uit IJsland. Daarmee wordt de IJslandse walvisjacht een gevoelige slag toegebracht. Het vlees wordt daar namelijk niet geconsumeerd, maar is uitsluitend bedoeld voor de export naar Japan. Deze toezegging van Samskip volgt op twee acties van Greenpeace, in de haven van Hamburg. Ook tekenden duizenden mensen een petitie, gericht aan Samskip, tegen de handel in walvisvlees.

Verklaring Samskip

De zes containers met walvisvlees, die nu nog in Hamburg staan, zullen naar Rotterdam worden vervoerd en dan door Samskip worden teruggestuurd naar IJsland. Samskip was het enige bedrijf dat vlees van bedreigde vinvissen vanuit IJsland naar Rotterdam vervoerde. Al sinds 2010 voert Greenpeace campagne om deze transporten te stoppen. Het verschepen van walvisvlees vormt een te verwaarlozen activiteit voor het internationale transportbedrijf, maar heeft grote gevolgen voor de biodiversiteit op aarde.

Twee weken geleden riepen de Nederlandse overheid én het Rotterdamse Havenbedrijf transporteurs op geen walvisvlees meer te vervoeren. Kennelijk werd het Samskip daardoor iets te heet onder de voeten. Het bedrijf verscheepte de omstreden lading naar Hamburg. Samskip nam branchegenoot Evergreen in de arm om een lading ‘bevroren vis’ naar Japan te vervoeren. Pas nadat Greenpeace ingreep, ontdekte Evergreen dat het geen vis, maar walvisvlees betrof. Het contract werd daarop door Evergreen beëindigd.

Om te voorkomen dat de handel nu met andere bedrijven of via andere routes doorgaat, moeten overheden van zich laten horen. Nederland, Duitsland én de EU moeten wettelijke maatregelen treffen om de doorvoer van deze transporten niet meer via Europese havens plaats te laten vinden. Dit is in de Verenigde Staten al het geval. Alleen met een dergelijk daadkrachtig optreden van de overheid kunnen deze transporten voorgoed tot het verleden behoren.