De regenwouden van Indonesië branden heftiger dan ooit.

Indonesië staat in brand. Vuur en rook bedreigen het leven van de diepe regenwouden tot in de steden. Maar er is hoop: Een wereldwijde ban op niet-duurzaam geteelde palmolie kan bossen én levens redden. Zolang de palmolieproductie niet duurzaam wordt, zullen de bossen branden en in razendsnel tempo blijven verdwijnen. Om Indonesië te blussen moeten afnemers wereldwijd eensgezind kiezen voor ontbossingsvrije palmolie. Ook in Nederland.

CO2-alarm: natuurlijke opslag gaat in rook op

De bosbranden zijn geen ongelukje, maar een jaarlijks terugkerend fenomeen. Het vuur en de enorme luchtvervuiling die ermee gepaard gaat, kosten levens, banen, geld en enorme lappen natuur. Scholen en winkels in de wijde omgeving blijven dicht vanwege de smog. Gemiddeld sterven jaarlijks 110.000 mensen in Zuidoost-Azië voortijdig als gevolg van deze branden.

Industrie als laatste redding voor Indonesië

De Indonesische regering houdt de machtige plantagehouders, die het vuur soms zelf aansteken, tot nu toe de hand boven het hoofd. Greenpeace ziet een wereldwijde ban op foute palmolie als de laatste redding voor Indonesië. Als alle afnemers gezamenlijk kiezen voor 100 procent duurzame en ontbossingsvrije palmolie, worden plantagehouders in Indonesië gedwongen om duurzaam te werken.

Nederland is de grootste palmolie-importeur van Europa

Palmolie is de Justin Bieber onder de ingrediënten: razend populair en voortdurend in opspraak. Brood, zeep, margarine, cosmetica, het handige goedje wordt overal in gebruikt. Nederland is zelfs de grootste palmolieimporteur van Europa en de nummer 5 van de wereld. Grote palmoliehandelaren zoals IOI Loders Croklaan, Wilmar en Cargill hebben raffinaderijen in Nederland.

Verschillende bedrijven kiezen al voor duurzame palmolie, maar het zijn er te weinig en het zijn individuele afspraken. ‘Foute’ plantagehouders kunnen hun olie gewoon bij andere handelaren slijten. Alleen als alle handelaren samenwerken, kunnen we beweging krijgen in de manier waarop palmolie geproduceerd wordt.  Daarom gaat Greenpeace wereldwijd – en ook in Nederland – in gesprek met handelaren en consumentenbedrijven over een ban op niet duurzame palmolie.

Zo kan het ook: het Braziliaanse sojamoratorium

Het Braziliaanse sojamoratorium uit 2006 laat zien dat een brede ban van de grootste partijen een effectieve manier is om het regenwoud te beschermen. Sojahandelaren spraken af dat ze geen soja meer afnemen van stukken land die zijn ontbost na 2006. Omdat 90 procent van de handelaren meedoet, kunnen sojaboeren die zich niet aan deze eisen voldoen, kunnen hun producten nauwelijks kwijt.

Ergste branden in jaren

Gezond regenwoud en nat veengebied brandt niet of nauwelijks. Maar per uur verdwijnen er 130 voetbalvelden aan bos en veengrond in Indonesië. Een groot deel is bedoeld voor nieuwe palmolieplantages. Het droge veen en de schamele begroeiing die overblijft heeft aan een vonkje genoeg om vlam te vatten.
In de gehavende gebieden verspreidt het vuur zich razendsnel en blijft wekenlang (ondergronds) doorsmeulen. Dit jaar is bovendien een El Niño-jaar, waardoor de droogte nog erger is. In september telde het World Resources Institute er 1.189 branden. Ook nationale parken, waar tijgers en orang-oetans beschermd zouden moeten zitten, zijn niet veilig voor de overslaande branden.