Op 4 juni, de dag voor Wereldmilieudag, luidden het VN-Milieuprogramma (UNEP) en Interpol in een rapport de noodklok over de razendsnelle groei van milieucriminaliteit. Dit type misdaad staat inmiddels op de 4e plaats in de wereldmisdaadranglijst, achter drugshandel, vervalsing en mensensmokkel.

Het rapport The rise of Environmental Crime, laat zien dat milieudelicten niet alleen langdurige impact hebben op het milieu, maar ook toekomstige generaties opzadelen met hoge kosten. Bovendien verstoren deze misdaden onze ecosysteemdiensten die bijvoorbeeld zorgen voor schone lucht en water en voedselzekerheid. Daarbij lopen regeringen broodnodige inkomsten mis en worden bedrijven die het wel goed doen ondermijnd.

Het grootste deel van alle milieumisdaden heeft te maken met de illegale houtkap in beschermde bosgebieden en de verkoop van dit foute hout op de wereldmarkt. Door illegale houthandel lopen we naar schatting 50 tot 152 miljard dollar per jaar mis en dat is zo’n 60 procent van wat milieucriminaliteit ons wereldwijd in totaal jaarlijks kost.

 


Protest tegen de import van verdacht hout in Rotterdam. Het grootste deel van alle milieumisdaden heeft te maken met de illegale houtkap in beschermde bosgebieden en de verkoop van dit foute hout op de wereldmarkt.

 

China moet zijn verantwoordelijkheid nemen

De Europese Unie, de Verenigde Staten en Australië voerden al wetten in om illegaal gekapt hout zoveel mogelijk van hun markten te weren. Maar het illegale hout bereikt nog steeds de internationale markten. Een belangrijke reden is de stijgende houtvraag in opkomende economieën zoals China. In het rapport ‘Tackling Illegal Logging and the Related Trade What Progress and Where Next?’ schatte Chatham House, denktank voor internationale vraagstukken, dat de helft van alle handel in illegaal hout in China terechtkomt. Ons eigen onderzoek naar hout uit het Congobekken bevestigt dit.

China streefde in 2012 de EU voorbij als grootste afnemer van hout uit het Congobekken. Maar de Chinese regering heeft tot nu toe alleen vrijblijvende maatregelen tegen illegaal hout geïntroduceerd. De strijd tegen handel in verdacht hout is dus helemaal afhankelijk van de bereidwilligheid van de houtsector zelf. En dat laat te wensen over, zo blijkt uit onderzoek door Greenpeace Oost-Azië.

De gewiekste internationale criminele bendes moeten keihard aangepakt worden met nationale en internationale sancties en wetgeving, zo beveelt ook het rapport van UNEP aan. De Chinese regering laat met hun minieme maatregelen zien het probleem niet serieus te nemen. Bij een belangrijke plaats op de wereldmarkt hoort ook het nemen van wereldwijde verantwoordelijkheid. De Chinese overheid moet ten minste soortgelijke maatregelen nemen als de Europese, Australische en Amerikaanse autoriteiten dat deden.

 


Inwoners van Kisangani, Congo, bekijken ontbost gebied in hun regio. China streefde in 2012 de EU voorbij als grootste afnemer van hout uit het Congobekken. De Chinese regering heeft tot nu toe alleen vrijblijvende maatregelen tegen illegaal hout geïntroduceerd.

 

De EU moet veel strenger handhaven

In Europa valt ook veel te verbeteren. EU-lidstaten belemmeren de effectiviteit van de bestaande wetgeving tegen illegaal hout (de EUTR) door slechte handhaving, terwijl de naleving door bedrijven voor een groot deel ontoereikend is. Daarnaast hebben niet alle lidstaten de wet volledig geïmplementeerd.. In België zijn de EUTR-autoriteiten structureel onderbezet en voerden in twee jaar tijd slechts 18 controles uit. Greenpeace en andere partijen hebben ongeveer 10 gevallen van vermoedelijke schendingen van de EUTR-wet aangekaart bij de Belgische autoriteiten, maar het heeft nooit tot een strafmaatregel geleid.


Bescherm de inwoners van bossen: stop illegale houtkap.

In maart dit jaar legden Nederlandse autoriteiten een houtimporteur een straf op voor overtreding van de Europese Houtverordening. Dit gebeurde nadat Greenpeace haar onderzoeksrapport over de Kameroense houthandelaar CCT aan de Nederlandse autoriteiten stuurde. Dat gaf de strijd tegen illegale houthandel een hoognodige impuls, maar er moet nog veel gebeuren om illegaal gekapt hout van de EU-markt te houden. Het is een zorgelijke situatie. Nog steeds is België een belangrijke doorvoerhaven voor illegaal hout tot de Europese markt. Dat geldt ook voor landen als Spanje en Frankrijk.

Mooie woorden moeten omgezet in daden

Doordat Greenpeace en andere organisaties de noodklok blijven luiden, lijken de Europese landbouwministers de illegale houthandel nu gelukkig serieus te nemen. Zij kwamen 27 en 28 juni bijeen om de voortgang van het Europese actieplan tegen illegaal hout te bespreken. Goed nieuws is dat ze het actieplan als een belangrijk instrument zien om de handel in illegaal hout aan te pakken. Lidstaten moeten meer inzet tonen en meer middelen vrijmaken om de implementatie en effectiviteit van de wetgeving te verzekeren.

Nu moeten deze mooie woorden omgezet worden in daden. Greenpeace houdt de situatie in de gaten en trekt waar nodig aan de bel. Een Europese markt gesloten voor illegaal hout is ten slotte een mooie opmars voor een wereldwijde markt waarin alleen nog plaats is voor eerlijke houthandel.

Zie voor meer conclusies van de Europese landbouwministers: http://www.consilium.europa.eu/en/press/press-releases/2016/06/27-28-agri-forest-law/

 

 

 

aap

Bossen zijn van levensbelang

Bossen zijn prachtig en van levensbelang voor een gezond klimaat. Maar doordat bomen massaal worden gekapt, verdwijnen ecosystemen én raken veel mensen en dieren hun leefomgeving kwijt. Ook komen er door die kap grote hoeveelheden CO2 vrij.

Greenpeace wil dat uiterlijk in 2020 de ontbossing in de laatste tropische regenwouden is gestopt. Lees meer >>