“Door het verstrekken van de lening aan de pijplijn is ING medeverantwoordelijk voor alle ellende die de pijplijn veroorzaakt”, stelt Kim Schoppink van Greenpeace Nederland.
Het afgeven van de vergunning voor de Dakota Access Pipeline door de Amerikaanse overheid schendt de rechten van de Sioux-indianen die het gebied als hun traditionele leefgebied beschouwen en nergens over zijn geconsulteerd. Volgens hen levert het project grote risico’s op voor het drinkwater van de Standing Rock Sioux. Veiligheidsdiensten van de oliemaatschappijen achter de aanleg van de pijpleiding zijn de afgelopen maanden verantwoordelijk geweest voor grootschalig geweld tegen vreedzame protesten van de indianen.
ING heeft eerder aangekondigd geen andere uitweg te zien dan haar lening aan de pijplijn verder uit te betalen als de vergunning rond was. ABN Amro maakte vorige week bekend dat de bank haar financiering van een van de bedrijven achter de aanleg van de oliepijplijn, wil stoppen als de rechten van de Sioux indianen geschonden blijven worden. Greenpeace, Eerlijke Bankwijzer en BankTrack roepen ING op om het voorbeeld van ABN Amro te volgen.
Peter Ras, projectleider Eerlijke Bankwijzer: “ING hoopte haar klanten via dialoog aan te zetten tot een verantwoorde oplossing die ook de indianen ten goede komt. Dit is helaas niet gelukt. Deze oliebedrijven hebben helemaal geen interesse in een maatschappelijk verantwoorde oplossing. De hoogste tijd voor ING om afscheid te nemen van de oliepijp en de bedrijven erachter.”
Johan Frijns, directeur BankTrack stelt: “Deze tragische situatie, maar ook de moeilijke keuze waar betrokken banken nu voor staan, was te voorkomen geweest als banken vooraf deugdelijk onderzoek hadden gedaan naar het bedrijf en het project wat men financiert. ING rest nu niets anders dan een groot verlies te nemen op de lening, of direct medeverantwoordelijk te worden voor alles wat vanaf nu nog rond de aanleg van de pijpleiding zal gebeuren.”