Energie is voor machthebbers, schreef hoofdredacteur Rob Wijnberg van NRC Next een paar maanden geleden. Het artikel zie ik nog steeds regelmatig voorbijkomen op twitter. Terecht, want het was een interessante kijk op onze energiemarkt. In het kort komt het er op neer dat wie de fossiele energiebronnen beheerst, de macht in handen krijgt. Denk er maar eens over na: zonder elektriciteit of benzine wordt het al gauw een karig bestaan. Op de fiets naar de supermarkt, waar geen koeling meer is en de productkeuze drastisch beperkt wordt. Niet meer pinnen, geen computer om te kijken hoeveel geld er nog op de rekening staat. Vroeg naar bed, want het lichtknopje is overbodig geworden.

Onze maatschappij is volledig afhankelijk van energie. De Shells van deze wereld zorgen voor olie en vaak ook gas. En bijna alle elektriciteit komt uit een paar grote centrales, die weer door een nog kleiner groepje grote energiebedrijven gerund worden. In Nederland zijn het RWE (Essent) Vattenfall (Nuon) en nog wat giganten die het land voorzien van die oh zo noodzakelijke elektriciteitstransfusie. Het is dan ook essentieel dat dit soort bedrijven financieel gezond blijven. Too big too fail. Klinkt dat bekend?

In Nederland wordt afhankelijkheid van energiebronnen vaak bekeken vanuit de energiedrager: de fossiele brandstoffen. Het blijkt dat het niet de meest fijne regimes zijn die flink handelen in fossiel (oorzaak – gevolg?). Olie komt uit gebieden als het Midden-Oosten, de gaskraan van Poetin is wereldberoemd en kolen komen vaak letterlijk over de ruggen van halfdode mijnwerkers in de Derde Wereld richting het rijke Westen.

Mede daardoor wordt kernenergie vaak gebracht als een energievorm die een land de zo gewenste onafhankelijkheid kan bieden. Japan, een land rijk aan elektronische gadgets maar arm aan fossiele brandstoffen, had in het pre-Fukushima tijdperk precies om die reden een langdurige liefdesverhouding met kernenergie. Ook in Nederland voert met name de VVD bij monde van René Leegte aan dat kernenergie Nederland onafhankelijk zal maken van wispelturige oliesheiks en onbetrouwbare wodkadrinkers.

Als het over schone energiebronnen als zon en wind gaat, kan ik die gedachtengang begrijpen. Wind en zon zijn gratis en niemands bezit. Je kunt als regering nog proberen om een windmolenpark bij de buren te gaan stelen, maar dat is redelijk onzinnig. Geen scheve ogen als het om schone energie gaat en dus ook geen afhankelijkheid van dubieuze staten. En zelfs nog beter: geen afhankelijkheid van grote energiereuzen, want iedereen kan energieproducent worden als het gaat om zon en wind. Prosumers noemen ze die: particulieren of bedrijven die niet alleen elektriciteit consumeren, maar ook produceren. Power to the People!

In het geval van kernenergie gaat deze vlieger dan weer niet op. Want kerncentrales draaien op een brandstof die verdacht veel lijkt op fossiel: uranium is een grondstof die eindig is en die onder zeer dubieuze omstandigheden wordt gewonnen in soms zeer dubieuze landen. Het Nederlandse uranium komt bijvoorbeeld uit Kazachstan. Zonder splijtstof is een kerncentrale nogal zinloos, wat betekent dat ons land afhankelijk is van een regime dat democratie als een vies woord beschouwt. Gelukkig heeft een kerncentrale ook nog uitwijkmogelijkheden: het gebruik van uranium uit oude kernwapens en dito onderzeeers uit Rusland.

Rusland?

Ja inderdaad, Rusland. Dat land van die gaskraan waar iedereen zich zo druk over maakt. Snapt u het nog?

Nu is het natuurlijk zo dat ook in Frankrijk een bloeiende nucleaire industrie te vinden is. Sterker nog, alles wat het nucleaire hart begeert is te vinden in La France. Zoals de kernreactor die in Borssele moet verrijzen: Franse technologie. De kennis om het ding te bouwen: Frans. De kennis om het ding te onderhouden: Frans. De plek om het afval te laten opwerken en een flink deel achter te laten: Frans. De investeerder van de centrale: Frans (EDF). Het staatsbedrijf dat de garantie voor de lening gaat afgeven: hoogstwaarschijnlijk Frans (Coface).

De nucleaire toekomst van Nederland hangt, hoe je het ook wendt of keert, af van het buitenland. Het is alleen nog afwachten of we aan het handje van Sarkozy, of onder de dikke duim van Rusland of Kazachstan terecht zullen komen.

lees hier het artikel van Rob Wijnberg