Nederland bereikt akkoord met Rusland over Greenpeace Arctic 30

Amsterdam, 17 mei – Nederland en Rusland hebben overeenstemming bereikt in de zaak die Nederland aanspande over de onrechtmatige detentie van het Greenpeace-schip Arctic Sunrise en de 30 opvarenden. In 2013 voerde Greenpeace actie voor bescherming van het Noordpoolgebied, bij een olieplatform van Gazprom in de Petsjorazee. Het schip en de actievoerders werden door Rusland beschoten en gearresteerd. De bemanning werd twee maanden vastgehouden in Rusland en het schip werd pas na acht maanden weer vrijgegeven.

Faiza Oulahsen, zelf een van de Arctic 30: “We zijn blij dat de Nederlandse regering zich is blijven inzetten voor deze kwestie. Vreedzaam actievoeren is een groot recht in een democratie. Hoewel Greenpeace zelf geen partij is bij deze schikking, zijn we verheugd dat de Russische autoriteiten hiermee de essentie van de uitspraak van het tribunaal onderschrijven.”

In het kader van de schikking die Rusland en Nederland hebben getroffen ontvangt Greenpeace International een bedrag als vergoeding voor schade aan het schip, gemaakte onkosten voor ondersteuning van de Arctic 30, en smartengeld voor de opvarenden. Het geld dat overblijft nadat het smartengeld door Greenpeace aan de Arctic 30 is overgemaakt, wordt ingezet om campagne te voeren voor klimaatbescherming en tegen de olie-industrie die de klimaatcrisis aanwakkert.

“Met de laatste waarschuwingen van wetenschappers en de VN over de klimaatcrisis, is het belangrijker dan ooit om de strijd van de Arctic 30 tegen de klimaatverandering, aangejaagd door de fossiele industrie, voort te zetten,” zegt Anna Schoemakers, directeur van Greenpeace Nederland.

Arctic 30

In september 2013 werd de Arctic Sunrise onwettig aan de ketting gelegd door Rusland tijdens een Greenpeace-campagne voor bescherming van de Noordpool. Pas acht maanden later werd het schip weer vrijgegeven. De activisten en twee freelance journalisten die aan boord waren, werden gearresteerd en twee maanden in Rusland gevangen gehouden. Zij kregen bekendheid onder de naam ‘Arctic 30’.

In 2015 werd oordeelde een arbitragetribunaal dat op grond van het VN Zeerechtverdrag voor de zaak opgezet was dat Rusland zich schuldig had gemaakt aan onwettig enteren en aan de ketting leggen van de Arctic Sunrise. Ook de detentie van de bemanning en journalisten werd in strijd met het verdrag verklaard. Rusland erkende de uitspraak van het Hof in eerste instantie niet, wat aan de geldigheid ervan overigens niets afdeed.