Greenpeace confronteert Nederlandse handelsmissie met voortdurende gevolgen giframp Bhopal

Bhopal, Indië — Ter gelegenheid van de handelsmissie “Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen” onder leiding van de staatssecretarissen Wijn (buitenlandse handel) en Van Ardenne (ontwikkelingssamenwerking) in India, boden bewonersorganisaties uit Bhopal samen met Greenpeace beide bewindslieden een flesje drinkwater aan uit Bhopal. Het drinkwater in deze Indiase stad is nog altijd chemisch vervuild als gevolg van de milieuramp die 18 jaar geleden plaatsvond. De voortdurende ramp in Bhopal laat zien dat bedrijven in ontwikkelingslanden zoals India volstrekt onverantwoord ondernemen. Zij hanteren een dubbele moraal als het gaat om de veiligheid van mens en milieu.

Ter gelegenheid van de handelsmissie ‘Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen’ onder leiding van de staatssecretarissen Wijn (buitenlandse handel) en Van Ardenne (ontwikkelingssamenwerking) in India, boden bewonersorganisaties uit Bhopal samen met Greenpeace beide bewindslieden een flesje drinkwater aan uit Bhopal. Het drinkwater in deze Indiase stad is nog altijd chemisch vervuild als gevolg van de milieuramp die 18 jaar geleden plaatsvond. De voortdurende ramp in Bhopal laat zien dat bedrijven in ontwikkelingslanden zoals India volstrekt onverantwoord ondernemen. Zij hanteren een dubbele moraal als het gaat om de veiligheid van mens en milieu.

In de nacht van 2 op 3 december 1984 lekte 40 ton methyl isocyanaat en andere dodelijke gassen weg uit de bestrijdingsmiddelenfabriek van Union Carbide in Bhopal. Het is de ernstigste chemische ramp uit de wereldgeschiedenis. Als gevolg van de directe blootstelling aan het gas stierven in de eerste drie dagen 8.000 mensen. Inmiddels is het aantal doden opgelopen tot 20.000 en zijn ruim 120.000 mensen chronisch ziek. De inwoners van Bhopal ondervinden nog dagelijks de gevolgen van de ramp. Het drinkwater is vervuild en op het terrein van de voormalige fabriek staan nog steeds grote hoeveelheden gif onbeheerd. Hierdoor wordt het milieu en de gezondheid van mensen in Bhopal voortdurend in gevaar gebracht.

In 2001 werd Union Carbide overgenomen door Dow Chemicals in de VS. Maar ook Dow Chemicals, dat niet alleen de activa van Union Carbide heeft gekocht maar ook de verplichtingen met betrekking tot Bhopal, neemt geen maatregelen om het vervuilde terrein te saneren. Dow Chemicals heeft ook een grote productiefaciliteit in het Nederlandse Terneuzen.

Terwijl een in het westen gevestigd bedrijf zich moet houden aan relatief strenge milieu- en arbeidswetgeving en moet opdraaien voor eventueel optredende schade kan het deze regels en aansprakelijkheid ontlopen door zich te vestigen in ontwikkelingslanden. Daar worden buitenlandse investeringen, hoe vuil ook, verwelkomd vanwege een nijpend tekort aan investeringen en werkgelegenheid. Het chemisch vervuilde water uit Bhopal laat Wijn en Van Ardenne zien wat er kan gebeuren met mens en milieu als de bedrijfsvoering volledig wordt overgelaten aan de bedrijven zelf. De onwil van Dow Chemicals om verantwoordelijkheid te nemen voor de vervuiling in Bhopal toont aan dat dwingende internationale regels noodzakelijk zijn.

Daarom wil Greenpeace dat de Nederlandse bewindslieden zo snel mogelijk aansturen op internationale regelgeving die internationaal operende bedrijven ertoe dwingt dat zij zich waar ook ter wereld houden aan adequate normen voor de bescherming van mens en milieu. Bovendien vindt Greenpeace dat er regels moeten komen die de aansprakelijkheid van internationaal operende bedrijven vastleggen op het moment dat er schade plaatsvindt aan mens en milieu. Alleen dan kan er sprake zijn van werkelijk maatschappelijk verantwoord ondernemen en kan een tweede Bhopal worden voorkomen.