Greenpeace roept minister Pronk op zich te houden aan OSPAR-besluit
Amsterdam, Nederland — Het transport van zes opgebruikte brandstofstaven woensdag vanuit de kerncentrale in Borssele naar een Franse opwerkingsfabriek is volgens Greenpeace in strijd met het OSPAR-verdrag. De milieuorganisatie wijst milieuminister Pronk met klem op de internationale afspraken die zijn gemaakt over de opwerking van nucleair afval.
Het meest recente OSPAR-besluit, dat vandaag van kracht wordt, stelt dat vergunningen en contracten van opwerkingsfabrieken met spoed moeten worden herzien, omdat er zorgen zijn over de vervuiling die wordt veroorzaakt. Ondanks de Nederlandse handtekening onder het besluit vertrekt woensdag het grootste nucleaire transport uit de Nederlands geschiedenis richting de opwerkingsfabriek van Cogema in het Franse La Hague.
Opwerking is een achterhaald proces waarbij plutonium en uranium aan gebruikte splijtstofstaven ontrokken wordt. Opwerking is een zeer vervuilende bezigheid. Jaarlijks lozen opwerkingsfabrieken honderden miljoenen liters radioactief afvalwater in zee. De vervuiling door de fabriek in La Hague is tot op de Noordpool waarneembaar.
Juist vanwege die grootschalige vervuiling hebben de landen die zijn aangesloten bij het OSPAR-verdrag bezwaar gemaakt tegen het opwerken van radioactief afval en de voorkeur uitgesproken voor het direct opslaan van gebruikte splijtstof. In het OSPAR-besluit van juni 2000 valt te lezen: “De opwerkingsfabrieken zijn de grootste bron van radioactiviteit in de Noord-Oost-Atlantische Oceaan en het toepassen van het alternatief (droge opslag) zal een substantiële reductie van de radioactieve vervuiling tot gevolg hebben.” De landen die het besluit ondertekenden werden aangemoedigd om de contracten met opwerkingsfabrieken te herzien. Na lang dralen ondertekende ook Nederland.
Greenpeace vindt het schandalig dat amper een dag nadat het OSPAR-besluit van kracht is geworden een groot nucleair transport staat gepland. De milieuorganisatie wil van minister Pronk weten hoe hij verklaart dat Nederland goede sier maakt tijdens onderhandelingen over internationale milieuverdragen, maar intussen de vervuilende praktijken van de Nederlandse kerncentrales gewoon door laat gaan. Greenpeace wil dat er geen nucleaire transporten meer plaatsvinden. Bovendien moeten de contracten met opwerkingsfabrieken worden heroverwogen, zoals het OSPAR-besluit voorschrijft.
_ OSPAR is in 1972 opgericht om het noordoostelijke deel van de Atlantische Oceaan te vrijwaren van vervuiling. Vijftien landen, waaronder Nederland, en de Europese Unie zijn lid van OSPAR.