Onze Noordzee herbergde ooit een prachtige wildernis. Maar nu zijn de wilde oesterriffen, blauwvintonijnen, haaien, kabeljauwen zo lang als een mens en roggen grotendeels verdwenen. Het grootste natuurgebied van Nederland is aan zijn lot overgelaten. Morgen bespreekt de Tweede Kamer het visserij- en natuurbeleid met staatssecretaris Martijn van Dam van economische zaken. Er liggen kansen om onze natuur onder water beter te beschermen.

Op papier is door de Nederlandse overheid 14 procent van de Noordzee aangewezen als beschermd gebied. Maar ondanks Europese afspraken, prachtige beleidsplannen en wetenschappelijke adviezen geniet slechts een kwart procent van de Nederlandse Noordzee volledige bescherming.

Drukke scheepvaartregio

Meer bescherming is hard nodig. De Noordzee is één van de drukst bevaren scheepvaartregio’s ter wereld. Het Nederlandse deel wordt gebruikt voor visserij, olie-, gas-, zand-, grind- en schelpenwinning, recreatie, windenergieopwekking, baggerstort en landaanwinning. Lang niet al deze activiteiten worden op elkaar afgestemd, zeker internationaal niet. En áls Nederland, België, Groot-Brittannië, Noorwegen en Duitsland samenwerken, zijn de ecologische ambities vaak te laag. De Noordzeelanden hebben niet verhinderd dat de soortenrijkdom is verminderd, de zeebodem en het bodemleven ernstig zijn beschadigd en voedselketens zijn verstoord.

Een voorbeeld is de Doggersbank, een grensoverschrijdend natuurgebied midden op de Noordzee. Door de ondiepe zandbodem vinden Jan-van-Genten, witsnuitdolfijnen, roggen en bruinvissen er hun voedsel en is het gebied een belangrijk paaigebied voor schol, wijting en kabeljauw. De Doggersbank was door Noordzeelanden aangewezen als gebied dat bescherming nodig heeft. Maar na jaren onderhandelen werd onlangs besloten dat slechts een derde wordt¿beschermd tegen visserij met netten die over de bodem slepen. En staatssecretaris Van Dam besloot laatst om in het beschermde Nederlandse deel tóch bodemberoerende visserij toe te staan.

We maken een potje van natuurbescherming op zee. Terwijl het kabinet in de eigen Noordzeevisie stelt dat de Noordzee weer een rijke en gezonde zee moet worden.

De Noordzee is dynamisch en voedselrijk, waardoor aangetaste gebieden zich bij bescherming relatief snel herstellen. Dankzij maatregelen tegen overbevissing gaat het weer goed met schol en tong. Vissers kunnen de hele Noordzee over om deze platvissen te vangen. Dit biedt ruimte om kwetsbare gebieden te beschermen.

Metersbrede roggen

Momenteel liggen In Den Haag plannen op tafel voor bescherming van twee andere belangrijke Noordzeegebieden: de Centrale Oestergronden en het Friese Front. Nederland heeft deze gebieden jaren geleden aangemerkt als plekken die bescherming nodig hebben. Op de Centrale Oestergronden kwamen vroeger grote oesterbanken voor. Door ziektes en visserij zijn die grotendeels verdwenen. En het Friese Front is door zijn diepteverschil rijk aan voedsel, bodemleven en veel soorten vis.

De bal ligt nu bij staatssecretaris Van Dam en minister Melanie Schultz van Haegen, die verantwoordelijk is voor de ruimtelijke ordening op de Noordzee. Wij roepen de twee bewindslieden op een nieuwe koers te varen.

Door het creëren van een netwerk van beschermde zeegebieden, kan de Noordzee weer een rijke zee worden. Volgende generaties kunnen dan weer genieten van scholen metersbrede roggen en kunnen vanaf het strand de dolfijnen en bruinvissen weer voorbij zien zwemmen.

 Sylvia Borren, Greenpeace
Floris van Hest, Stichting de Noordzee
Johan van de Gronden, Wereld Natuur Fonds

Dit artikel is geplaatst in o.a. Trouw van 22 maart